Nederland heeft last van geflikker
03-06-2009
• leestijd 1 minuten
Nederland heeft in toenemende mate last van geflikker: lampen die niet constant met dezelfde sterkte licht geven. Netbeheerders krijgen steeds meer klachten over de kwaliteit van de netspanning en 60 procent van die klachten gaan over flikkerend licht.
Veel mensen denken dat het geflikker wordt veroorzaakt doordat er steeds meer spaarlampen branden. Elektrotechnica Cai Rong van de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) heeft als eerste ter wereld uitgezocht of er inderdaad een relatie is tussen zogenoemde spanningsvariatie en spaarlampen. Dat blijkt niet zo te zijn, maar het is wel zo dat er steeds vaker geflikker optreedt, zo verdedigt de Chinese donderdag tijdens haar promotie aan de TU/e.
Dat het steeds vaker flikkert komt volgens Cai doordat moderne lampen niet rechtstreeks aansluiten op het spanningsnet. Omdat die lampen allemaal via een transformator werken, ontstaat overbelasting in het elektriciteitsnet en treedt meer spanningsvariatie op.
Cai moderniseerde de flikkermeter, die in 1957 in een laboratorium van Philips in Eindhoven is gebouwd. De oude flikkermeter was uiteraard alleen geschikt voor gloeilampen. De nieuwe meter van Cai kan ook led-lampen, halogeenverlichting en fluoriscentielampen (spaarlampen en tl-buizen) aan.
Cai heeft vastgesteld dat de moderne lampen anderhalf tot tweemaal zoveel spanningsvariatie aan kunnen als de ouderwetse gloeilampen. De technica heeft dan ook een eenvoudige oplossing voor hinderlijk geflikker in huis: alle gloeilampen vervangen door spaarverlichting, zoals vanaf 2012 toch al verplicht is.
ANP