Meer mensen in armoede
06-12-2012
• leestijd 1 minuten
Huurachterstand, moeite om het huis goed te verwarmen, veel meer mensen hebben er in 2011 mee te maken gekregen en ook dit jaar blijft het aantal arme mensen en huishoudens groeien. Dat meldden het Sociaal Cultureel Planbureau en het Centraal Bureau voor de Statistiek donderdag in het rapport Armoedesignalement 2012.
Kans op armoede
De kans op armoede is het grootst bij eenoudergezinnen, alleenstaanden tot 65 jaar, niet-westerse huishoudens en huishoudens met bijstand. Gepensioneerden en 50-plussers zouden weinig armoede ervaren volgens het SCP en het CBS. De belangenbehartiger voor senioren ANBO spreekt dat laatste echter tegen.
Volgens Liane den Haan, directeur van ANBO, ligt voor veel ouderen armoede wél op de loer. ,,De koopkracht van 65-minners is in 2011 minder (0,4 procent) gedaald dan voor 65-plussers. Hun koopkracht kromp gemiddeld met 1,1 procent. En Rutte II gaat nog voor forse klappen zorgen'', aldus Den Haan.
Verschillende definities
Het SCP en CBS houden er verschillende definities van armoede op na. De eerste hanteert de 'niet-veel-maar-toereikendgrens', bijvoorbeeld 1020 euro voor een alleenstaande, het CBS spreekt van een lage-inkomensgrens van 960 euro.
Volgens het SCP steeg in 2011 het aantal mensen dat met armoede krijgt te maken, met 7,1 procent van de bevolking (in 2010 nog 6 procent). Het CBS zag het percentage stijgen van 7,4 naar 8,7 procent. Ramingen voor dit jaar wijzen op een verdere stijging naar respectievelijk 7,5 en 9,2 procent.
ANP