ING in de problemen – klanten zijn veilig

De financiële crisis blijft maar voortduren. Vrijdag bleek dat ook de ING-bank flink onderuit is gegaan op de beurs. Slecht nieuws voor aandeelhouders, maar volgens financieel adviseur Kapé Breukelaar hoeven de klanten van deze bankverzekeraar zich geen zorgen te maken.

ING met haar dochters Postbank en Nationale Nederlanden blijkt de afgelopen maanden een fors verlies geleden te hebben en de bankverzekeraar heeft fors moeten afschrijven op risicovolle hypotheken.

Om goed te kunnen blijven functioneren heeft ING dringend geld nodig. Mogelijk zal het bedrijf voor dat extra kapitaal een beroep doen op de Nederlandse Staat. Die heeft een pot van twintig miljard euro gereserveerd om banken te helpen, in ruil voor aandelen en zeggenschap. Maar dat moeten wel gezonde bedrijven zijn.

Volgens Breukelaar is ING in zoverre gezond dat de bank nog goed verdient aan zijn normale bank- en verzekeringsactiviteiten. Hij zegt dat de gewone klanten zich geen zorgen hoeven maken. De Nederlandse overheid zal niet accepteren dat zo’n grote bank omvalt.

De vraag is of de twintig miljard die minister Bos nu tot zijn beschikking heeft, genoeg zal zijn. “Zeker als ook andere banken zich zouden melden voor extra kapitaal, moet daar geld bij,” denkt Breukelaar. Maar waar haalt Bos dat geld dan vandaan? “Hij leent het op de markt en de markt van spaargeld is 300 miljard euro, dus die droogt voorlopig nog niet op.”

De belastingbetaler draait dus voorlopig nog niet op voor de steun aan de banken. Pas als de overheid zijn belangen in Fortis/ABN-Amro en mogelijk in andere banken over een paar jaar wil gaan verkopen, zal de rekening worden opgemaakt. En dan zou de uitkomst dus ook kunnen zijn dat de Staat juist heeft verdiend aan die steunoperatie.

Voorlopig is de enige verliezer de aandeelhouder, die zag eerst de waarde van het aandeel Fortis verdampen en nu dus dat van ING.