Huizinga wil vaart maken met taxibeleid

Het nieuwe taxibeleid, inclusief het tariefstelsel, moet eind dit jaar, begin volgend jaar al in werking treden. Er valt echter weinig aan te morrelen, was donderdag de boodschap van staatssecretaris Tineke Huizinga (Verkeer) bij de presentatie. ,,Wat ik schets is geen keuzepakket. Selectief shoppen is geen optie.''

De voorstellen vergen wetswijzigingen. Daarom gaan ze eerst naar de Raad van State, voordat het parlement zich erover buigt. Huizinga's woordvoerster zei eerder deze week te verwachten dat de voorstellen volgend voorjaar voor advies naar de Raad van State zouden worden gestuurd.

De plannen betekenen een aanpassing van de in 2000 vrijgegeven taximarkt. Die liberalisering heeft volgens Huizinga niet gewerkt en strakke regie is nu nodig. ,,Vrijheid is mooi, chaos niet.''

Zij benadrukte dat de voorstellen zijn opgesteld samen met de taxibranche, gemeenten, reizigersorganisatie Rover en vakbonden. Gemeenten krijgen ,,nog meer gereedschap om het kaf van het koren te scheiden''. De kern van die aanpak is groepsvorming, bedoeld om greep te houden op de markt. Het komt erop neer dat alleen een vergunning gaat naar samenwerkingsverbanden van taxi's.

Gemeenten kunnen aanvullende eisen stellen aan de aangesloten chauffeurs, zoals stratenkennis. Volgens Huizinga is dit een instrument om de vrije rijders terug te dringen, die vooral in grote steden voor problemen zorgen. Voor taxichauffeurs die zich niet willen organiseren, blijft er de zogenoemde belmarkt en het contractvervoer (van zieken, gehandicapten en scholieren).

De vergunning is een instrument tegen crimineel gedrag. Het ministerie van Justitie gaat regelen dat het Openbaar Ministerie regelmatig de Inspectie van Verkeer en Waterstaat informeert als zich nieuwe criminele feiten voordoen, zodat de inspectie sneller een vergunning van een bedrijf kan intrekken, aldus Huizinga.

De nieuwe tarieven, waarbij de duur van een rit weer gaat meetellen, komen er onder de voorwaarde dat de gemiddelde ritprijs niet omhooggaat.

Bron: ANP