De televisierubriek Tros Radar hoeft een uitzending over telecombedrijf Pretium niet te rectificeren en ook niet te verwijderen van de website. De uitzending was niet onrechtmatig. Dit concludeert de Hoge Raad in een vrijdag gepubliceerd vonnis in cassatie.
Tros Radar besteedde in september 2008 op kritische wijze aandacht aan de telefonische verkoopmethoden van telecommunicatiediensten door callcenters die voor Pretium werkten. In de uitzending waren beelden te zien van een cursus bij een callcenter dat telefonisch klanten werft voor Pretium. De beelden waren met een verborgen camera opgenomen door een medewerker van Tros Radar die zich niet als zodanig had bekendgemaakt.
Het programma verwijt Pretium consumentenmisleiding en overrompeling van een kwetsbare groep, vooral oudere, consumenten door 'cold calling', het ongevraagd bellen van consumenten. Pretium betichtte de Tros daarentegen van onrechtmatig handelen door te insinueren dat het telecombedrijf zich schuldig maakt aan onfatsoenlijke telemarketing en door met een verborgen camera opnamen te maken.
De Hoge Raad vindt echter dat het gerechtshof in hoger beroep een juiste afweging heeft gemaakt tussen de vrijheid van meningsuiting van Tros Radar en het recht op eerbiediging van de goede naam van Pretium. Het gebruik van een verborgen camera was in de gegeven omstandigheden niet ontoelaatbaar, oordeelde de Hoge Raad.
Pretium verloor eerder al het kort geding en het hoger beroep bij het gerechtshof in deze zaak.
ANP
Kassa was eveneens aangeklaagd in de 'Pretium-case'. In eerste instantie oordeelde de Haagse rechter dat Kassa fouten had gemaakt in haar berichtgeving. Kassa moest rectificeren. De VARA is tegen deze uitspraak van de rechter in hoger beroep gegaan en heeft deze zaak met glans gewonnen.
Bekijk
hier
alle ins-en-outs van dit dossier nog eens terug.