Basisbeurs vanaf september weg in masterfase

Studenten in de masterfase zullen vanaf 1 september zelf flink moeten investeren in hun studie. Hun basisbeurs vervalt en tegen gunstige voorwaarden kunnen ze geld lenen en terugbetalen in maximaal 20 jaar. Uitwonende studenten moeten zelf 3200 euro extra per jaar bijdragen, voor thuiswonenden is dat 1200 euro.

Het zogenoemde sociale leenstelsel was bij het aantreden van het kabinet al aangekondigd. Donderdag stuurde staatssecretaris Halbe Zijlstra (Onderwijs) het wetsvoorstel naar de Tweede Kamer. Hij vindt dat in een tijd van miljardenbezuinigingen het stelsel van studiefinanciering niet meer houdbaar is. Omdat daarnaast de brede wens leeft om de kwaliteit van het onderwijs te verhogen, vindt Zijlstra het logisch dat ook studenten hun bijdrage leveren. ,,Zij plukken straks immers de vruchten van hun studie, die ook na invoering van het sociaal leenstelsel voor het overgrote deel wordt betaald door de overheid, de belastingbetaler dus.'' De opbrengst van de maatregel moet bijdragen aan een hogere kwaliteit van het onderwijs.

Zijlstra benadrukt dat een student zijn investering ook terugbetaald ziet. Studenten met een mastergraad verdienen gemiddeld twee keer zo veel als mensen met een mbo-diploma en anderhalf keer zoveel als een hbo-bachelor. In het voorstel wordt een uitzondering gemaakt voor studenten die voor september al aan een meerjarige master zijn begonnen. Zij behouden hun basisbeurs.

Het voorstel kreeg donderdag meteen kritiek van oppositiepartijen in de Kamer en studentenorganisaties. De Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) sprak van de grootste bezuiniging ooit op de studiefinanciering. De LSVb wil dat de Tweede Kamer het wetsvoorstel verwerpt.

Volgens het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) betekent het investeren van Zijlstra niet automatisch beter onderwijs. ,,Dat is slechts één kant van het verhaal'', aldus ISO-voorzitter Sebastiaan Hameleers. ,,Studenten worden namelijk geconfronteerd met hogere kosten, maar krijgen daarvoor niet automatisch betere docenten of meer contacturen.''

SP en ChristenUnie vrezen dat minder studenten aan een master zullen beginnen. D66 vindt dat studenten te weinig terugzien van de verhoging van de kwaliteit van het onderwijs. Regeringspartij VVD vindt die kritiek ,,onzinnig'' en benadrukt dat juist de volledige opbrengst weer geïnvesteerd wordt in het onderwijs.

ANP