Maak uw tuin lenteklaar

Het is maart en het voorjaarszonnetje laat zo nu en dan zijn gezicht zien. Bloemen en planten beginnen te groeien en te bloeien, het gras kan wel een opkikkertje gebruiken en ook onkruid begint zijn kop op te steken. Genoeg te doen dus! Beginnen uw groene vingers al te jeuken? Volg dan nu het stappenplan zodat uw tuin straks helemaal ‘lente klaar’ is.

Allereerst…

• Nu de winter zo goed als voorbij is kunt u al het materiaal dat uw planten gedurende de winter heeft beschermd, zoals stro en bladeren, weghalen. Wees wel alert, want het kan nog gaan vriezen in maart!
• Het onkruid begint vanaf nu zijn kop op te steken. Het is belangrijk om het onkruid vanaf nu consequent te lijf te gaan. Vergeet niet onder de hagen en langs het randje onderaan de schutting te wieden!

• Als het gazon droog, dun en viltig is geworden is het tijd om te verticuteren. U verwijdert mos en vervilt gras en krabt het gazon open zodat ventilatie weer mogelijk is. Bij tuincentra of een vakhandel kunt u terecht voor een verticuteerder, met of zonder motor. Let op: een nat gazon mag u niet verticuteren!
• Na de winter is de voedingstoestand van de grond te laag, waardoor het gras slecht zal groeien. Door te bemesten kikkert u het gazon weer op.
Organisch materiaal, zoals rijpe compost of stalmest leveren voedingstoffen maar hebben ook een gunstige invloed op de bodemstructuur en het bodemleven. Zo worden voedingsstoffen beter opgenomen en is uw gras straks groener dan dat van de buren.
• Het gazon kan weer voor de eerste keer dit jaar gemaaid worden. Voor een net gazon moet u de graskanten recht afsteken.
Tip: Als u een rand van tegeltjes langs het gazon legt waar het wiel van de grasmaaier precies op past, dan kunt u gemakkelijk de kantjes maaien. U bent voor altijd van dat vervelende ‘kantjes afsteken’ af.

Planten

• Het is weer tijd om de planten in potten en bakken water te geven. Vooral door de maartse oostenwind droogt de grond snel uit.
• Hebt u grote vaste planten? U kunt de grote pollen van die planten delen en weer uitplanten.
• De winter heeft z’n sporen achter gelaten. Dode takken uit bomen en planten kunt u verwijderen met een snoeischaar. Twijfelt u of een tak nog leeft? Dit test u gemakkelijk door een stukje van de bast weg te krabben. Als u groen ziet leeft de tak nog. Ziet u alleen bruin dan zit er geen leven meer in en kunt u gerust de schaar erin zetten.
• Aarzel niet om planten te verwijderen die het vorig jaar al niet meer zo goed deden. Deze planten nemen alleen maar (kostbare) ruimte in beslag.

Voorjaarsbloemen

• De bollen van de voorjaarsbloemen (o.a. sneeuwklokjes, krokussen, tulpen, narcissen, dwergirissen en de winterakoniet) kunt u gewoon laten afsterven. De bollen bereiden zich na de bloei voor op het volgende voorjaar. Gedurende het hele jaar slaan de ze genoeg voedingsstoffen op. Dit lukt echter niet zonder blad. Daarom is het belangrijk om zowel het blad als de bollen met rust te laten tot het blad helemaal vergeeld is.
• Bij narcissen dient u echter wel de uitgebloeide bloemen te verwijderen. Anders wordt te veel energie gebruikt voor zaadvorming en worden geen reserves in de bollen opgeslagen.

Rozen

“ Laat uw ergste vijand uw rozen snoeien ”, luidt een oud gezegde. Daarmee wordt bedoeld dat u niet te ‘aardig’ moet zijn voor uw rozen door te weinig te snoeien. Dit komt de plant uiteindelijk niet ten goede.

• Het snoeien van uw rozenstruik gebeurt, afhankelijk van het type roos, meestal zowel in het voor- als in het najaar. In het voorjaar snijdt u alle zwakke in de winter beschadigde of dode loten af. De sterke loten kunt u terug snijden tot 15 à 25 cm van de grond. De zwakkere loten snijdt u verder terug, tot ongeveer 10 cm van de grond. Zo wordt de groei van de sterkere loten bevorderd.
• Klimrozen dient u nog verder terug te snoeien, tot 7,5 cm van de grond. Hierdoor zullen ze komende zomer meer bloeischeuten dragen. Ook de nieuwe, lange loten die niet hebben gebloeid dient u te snoeien.
• Bemest de rozen tot in juli elke maand bij.

• Dunne takken van struiken op een stam dienen elk voorjaar, na de bloei, te worden teruggesnoeid tot 10 à 15 cm vanaf de stam. Dit zorgt voor een rijkere groei.

Vijver

• Hebt u een vijver? Dan is het nu weer tijd om de pomp en de vijverfilter en de vijver zelf schoon te maken zodat ze weer klaar zijn voor installatie.
• Verwijder alle dode bladeren van de waterplanten. Tip: Gebruik een lange stok met een snoeischaar daaraan. Deze zijn o.a. in tuincentra verkrijgbaar.

Bronnen: Aesculus, Wonen Online, Tuin&Co en Vijveridee en tuinadvies.be