Logo Kassa
Het consumentenplatform van BNNVARA.

De Nederlandse woonhistorie in vogelvlucht

07-11-2003
  •  
leestijd 4 minuten
  •  
1297 keer bekeken
  •  
34353.jpg
Van een tochtig achterkamertje in een Amsterdamse volksbuurt naar een dubbelbeglaasde twee-onder-een-kap op een Vinexlocatie. Van 25 vierkante meter vier-hoog-achter, naar 300 vierkante meter met een tuin op het zuiden. De ontwikkeling van het wonen in Nederland kende in de voorbije eeuw een stormachtige ontwikkeling.
Aan het eind van de 19e eeuw is de doorsnee arbeiderswoning in Nederland 25 vierkante meter groot.
Ze bestaat uit één, soms twee vertrekken. Grote arbeidersgezinnen zitten opgepropt bij elkaar, de ruimten zijn vochtig en donker. Urbanisatie werkt het toch al bestaande woningtekort in de steden in de hand. Nieuwe huizen worden te pas en te onpas gebouwd, maar fundamenteel bouw- en woningtoezicht is er niet. Door de deplorabele bouwstaat zijn bewoners zelfs in nieuwe huizen hun leven niet zeker.
Maar de overheid grijpt in. Gesterkt door de zwaarbevochten Woningwet dwingt zij arbeiders te werken aan woonfatsoen en de hygiëne binnenshuis. Bouwverordeningen worden verplicht, gemeenten krijgen rijkssubsidies om krotten op te ruimen en uitbreidingsplannen vast te stellen. De bouw van kleine woningen zonder aparte slaapruimte wordt verboden. De beruchte kelderwoningen worden onbewoonbaar verklaard. Ook de rug-aan-rug-woningen mogen niet meer gebouwd worden. Woningen kregen aparte slaapkamers en een aparte keuken, soms zelfs een balkon of veranda. Trappenhuizen worden veiliger. De minister van Volkshuisvesting subsidieert vanaf 1919 alleen nog maar huizen met drie slaapkamers. Langzaamaan krijgt elke woning standaard een toilet.
Berlage introduceert in 1921, als co-auteur van het boek ‘Arbeiderswoningen in Nederland’, de sociale woningbouw avant la lettre. De zogenoemde tuindorpen kunnen een bijdrage leveren aan de verbetering van de woon- en leefomstandigheden van de arbeidersklasse. De hogere klassen beschikken al geruime tijd over een badkamer, aparte woon- en slaapvertrekken en centrale verwarming. Deze voorzieningen worden pas na de Tweede Wereldoorlog standaard voor de lagere sociale klassen.
Het woonoppervlak neemt tussen 1920 en 1950 nauwelijks toe. In die periode bedraagt dit gemiddeld 47 vierkante meter, pas in 1965 stijgt dit aanzienlijk. De woningnood bereikt in de jaren vijftig bovendien een hoogtepunt. Een jong gezin neemt genoegen met weinig vierkante meters, en is al dolgelukkig als ze de ouderlijke woning of die van de hospita eindelijk kan verlaten. Pas twintig jaar later krijgen Nederlanders aanzienlijk meer ruimte om te ademen. Eind jaren zeventig is een gemiddelde woning 82 vierkante meter groot.

In 1946 wordt de Stichting Goed Wonen opgericht. Goed Wonen betekent letterlijk ‘goed wonen’, en eenvoud is het devies om dit te bereiken. Lichte meubels en vloeren moeten kleine woningen groter doen ogen.
De standaardwoningbouw van na de oorlog is er een van massaproductie, de vraag naar nieuwe woningen is enorm. De duplexwoning herinnert aan deze na-oorlogse periode, waarbij de mogelijkheid aanwezig is om de boven- en benedenetage later alsnog samen te voegen.
In de jaren vijftig doet de doorzonwoning haar intrede. Dit bekent het einde van de kamer en suite. Het nieuwe luikje in de muur als verbinding naar de achterkamer groeit in de jaren zestig uit naar de open keuken. En de introductie van de galerijflat staat synoniem voor modern wonen: brede, ondiepe en vooral lichte behuizing. In die periode verrijst in het Nederlands landschap ook een typisch Amerikaanse vinding: de bungalow. Het zijn vooral de sterren in het Gooi die er flink voor betalen en er gewillig hun intrek nemen. Platte daken worden afgewisseld met licht schuin aflopende daken. De inrichting binnenshuis is vrij in te delen, de bungalow vertolkt het gevoel van drempeloos leven.

Dit drempeloos leven wordt hoe langer hoe meer gemeengoed. Alleenstaanden hebben in 1990 ruim vijftig vierkante meter om te leven, in 1930 moet een heel gezin het daar mee doen. In de jaren zestig bouwt de overheid aan specifieke bejaardenwoningen, die in de loop van de tijd echter ook weer verdwijnen. De ‘doelgroepenbouw’ ontwikkelt zich in sneltreinvaart. Men wordt op zijn wenken bediend: of je nu student bent, alleenstaande of in een woongroep leeft.
Vorig jaar telde Nederland 6,7 miljoen woningen, sinds 1991 zijn er in ons land 800 duizend woningen bijgebouwd. Tussen 1990 en 2000 heeft de overheid 16,4 miljard euro uitgegeven aan het herstellen en opknappen van huizen. Dit is eenderde minder dan de periode daarvoor. De kwaliteit van de vooroorlogse woningen is in 2000 op een vergelijkbaar niveau gekomen als de rest van de woningen in Nederland.
Anno 2003 staat de nieuwbouw op een extreem lage pit, volgens het Sociaal Cultureel Planbureau ligt het niveau op dat van de jaren vijftig. De druk op de huizenmarkt is gigantisch. We willen niet meer huren, maar kopen. En als het even kan met een tuin. De populaire flat van na de oorlog, hét instrument om de krapte op de woningmarkt weg te werken, is niet altijd meer even geliefd. Vele zijn gesloopt of extreem verouderd. In de Bijlmermeer in Amsterdam-Zuidoost vindt sinds 1992 een enorme vernieuwingsoperatie plaats. Ongeveer de helft van de oorspronkelijke ruim 13.000 woningen zullen worden gesloopt. De overige hoogbouw wordt gerenoveerd. Er komen nieuwe huur- en koopwoningen, hoog- en laagbouw. De nieuwbouw zal voor tweederde bestaan uit koopwoningen en duurdere huurwoningen.
De diversiteit in het woningaanbod is tegenwoordig enorm: van klein naar breed en van hoog tot smal. Van de architectonische eentonigheid binnen- en buitenshuis aan het begin van de vorige eeuw is geen sprake meer. Maar de sociale ongelijkheid lijkt echter de tijd te overleven: rijken wonen luxe en groot in de binnenstad, gezinnen ruim op het platteland, en armen nog steeds koud en tochtig in een stedelijk krot.

Meer over:

wonen
Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Meld je snel en gratis aan voor de Kassa nieuwsbrief!

BNNVARA LogoWij zijn voor