AFM: Veel huishouden hebben te weinig geld achter de hand
09-07-2020
•
leestijd 2 minuten
•
55 keer bekeken
•
Er zijn veel huishoudens die te weinig financiële buffers hebben om minder inkomen als gevolg van de crisis op te vangen. Ruim twintig procent van de huishoudens heeft minder dan 2500 euro opzij staan. Twee tot vier procent van de huishoudens heeft daarentegen meer dan 250.000 euro tot zijn beschikking. Dat blijkt uit cijfers van de Autoriteit Financiële Markten (AFM).
Het AFM benadrukt dat het met name gaat om flexwerkers, zelfstandigen en jongeren die kwetsbaar zijn in crisistijd. Doorgaans zijn huishoudens iets meer dan de helft van het inkomen kwijt aan vaste lasten. Dat loopt bij eenoudergezinnen, huishoudens met een hoofdkostwinner jonger dan 35 jaar, lage inkomensgroepen en flexwerkers op van twee derde tot driekwart van het inkomen.
Overheidsingrijpen
Vooral jongeren en flexwerkers lopen drie risico's op: grotere kans op werkloosheid, relatief hoge vaste lasten en vrijwel geen geld achter de hand om op terug te vallen. Zelfstandig ondernemers hebben over het algemeen hogere buffers, maar de inkomensterugval tot bijstandsniveau is veel ingrijpender vanwege het verlies van opdrachtgevers.
Overheidsingrijpen biedt maar een tijdelijke oplossing, zegt de toezichthouder. De recessie zal zich vroeg of laat zich laten voelen op de arbeidsmarkt en komt het aan op de financiële weerbaarheid van huishoudens. Volgens de AFM lost het bieden van een betaalpauze of andere regeling niet altijd alle problemen op. In sommige gevallen zou het zelfs voor financiële problemen op de lange termijn kunnen zorgen.
Kostenbesparing
Als kostenbesparing zouden huishoudens kunnen kiezen voor het opzeggen van verzekeringen, terwijl zelfstandigen mogelijk hun pensioeninleg kunnen verlagen. Verder bestaat het risico dat bestaande
kredietlijnen opdrogen, onder andere door strenge regels. Daardoor
wenden huishoudens zich mogelijk tot illegale of niet-gereguleerde
‘kredieten’. ANP