20% meer pensioen mogelijk door wetswijziging

De meeste mensen bouwen via hun werkgever een pensioen op. Dat is meestal bij een pensioenfonds, maar dat kan ook bij een verzekeraar zijn. Eén miljoen werknemers hebben een pensioenverzekering met beleggingen. In totaal zijn 2.200.000 van deze pensioenverzekeringen afgesloten volgens cijfers van het Verbond van Verzekeraars.

Als je met pensioen gaat, moet je van dat gespaarde geld bij een verzekeraar een pensioenuitkering aankopen. Daarbij is het raadzaam om te shoppen bij verschillende verzekeraars, want dat kan een aardige extra uitkering opleveren. Je geld bij een bank stallen en via banksparen een uitkering ontvangen kan zelfs een pensioen van minimaal 20% meer opleveren. Dat mag echter niet van de wetgever. Hoe zit dat?

Als je een pensioenverzekering hebt, betaalt meestal de werkgever een flink deel van de premie. De werknemer kan daar zelf nog een eigen bijdrage aan toevoegen. Dat wordt gestort in een pot bij de verzekeraar. Op de einddatum van de pensioenverzekering, vaak de 65e verjaardag, komt het pensioenkapitaal beschikbaar. Dan moet je daarvan een levenslange uitkering aankopen alsmede een nabestaandenpensioen voor de partner. Dat is verplicht.

Het pensioenkapitaal krijg je niet contant in handen. Het loont dan zeker de moeite om offertes bij verschillende verzekeraars aan te vragen. Kapé Breukelaar, Kassa's onafhankelijk financieel adviseur, heeft berekend dat – uitgaande van een pensioenkapitaal van €200.000 - het verschil in uitkering per jaar bij de gunstigste verzekeraar €780 (bruto) hoger is. Dat is over 20 jaar maar liefst €15.600 meer pensioenuitkering!

Breukelaar heeft op basis van bestaande bankspaarproducten toch berekend wat zo'n uitkering via de bank voor voordeel oplevert boven een pensioenuitkering van een verzekeraar. Uit zijn berekeningen blijkt dat bij een pensioenkapitaal van €200.000 een gepensioneerde jaarlijks €2434 (bruto) meer pensioen ontvangt dan bij de meest gunstigste verzekeraar. Over een periode van 20 jaar levert dat ruim €48.000 meer pensioen op.  Bij de berekeningen heeft Breukelaar de volgende uitgangspunten in acht genomen: - vrijkomend pensioenkapitaal €200.000

- de eerste 20 jaar 100% pensioenuitkering

- daarna 10 jaar 70% pensioenuitkering Breukelaar stelt in Kassa dat een pensioenuitkering, via banksparen, gemiddeld 20–25% meer pensioenuitkering oplevert.

Ewout Irrgang, Tweede Kamerlid voor de SP, stelde in 2010 de toenmalig minister van Sociale Zaken Donner al de vraag of banksparen open gesteld moet worden voor pensioenproducten. Maar deze oordeelde destijds dat hij daar niets in zag omdat bankspaarproducten niet voorzien in een afdekking van het langlevenrisico. Zie hier voor meer informatie.

Daarvoor geeft Breukelaar in Kassa twee oplossingen. Zo kan de werknemer aan het begin 5% van het pensioenkapitaal inleveren en dan wordt wel levenslang uitgekeerd. Een andere oplossing is dat je van tevoren met een verzekeraar afspreekt dat deze de uitkering doorbetaalt als je langer leeft dan de afgesproken termijn. Als je eerder overlijdt, dan gaat het resterende tegoed naar de verzekeraar. Deze oplossing kost helemaal niets. Hier leest u de uitgebreid over deze oplossingen.

Kassa heeft bij verschillende partijen gepolst of zij voelen voor aanpassing van de wet zodat banksparen ook wordt opengesteld voor pensioenen, met daaraan gekoppeld de oplossing voor het langlevenrisico. Willem Noordman is hoofdbestuurder van FNV Bondgenoten. Zijn reactie op het voorstel van Kassa luidt dat werknemers moeten kunnen kiezen voor de hoogst mogelijke uitkering. Als dat bij een bank is, dan moet je daar ook terecht kunnen. Daarbij moeten de zekerheden van de werknemer wel identiek zijn. Overigens benadrukt Noordman dat FNV Bondgenoten een pensioenvoorziening bij een pensioenfonds voor werknemers verkiest boven een pensioenverzekering. Pieter Omtzigt, Tweede Kamerlid voor het CDA, verbaast zich over de grote verschillen in uitkering tussen verzekeraar en bank. Hij zou graag zien dat de minister de NMa vraagt om onderzoek te doen naar prijsafspraken tussen verzekeraars en te beoordelen of de markt voldoende werkt.

In Kassa melden kamerleden Helma Lodders (VVD) en Ewout Irrgang (SP) dat ze bij minister Kamp gaan aandringen om banksparen voor pensioen mogelijk te maken. Irrgang: "Ik vind het een goed voorstel. Hoop dat een verplichting om het langlevenrisico af te dekken (95 jaar in plaats van 85 jaar) de bezwaren kan wegnemen die de minister eerder had." Ook Lodders benadrukt dat banksparen – mede geïntroduceerd door de VVD in 2008 - een prima product is gebleken. Zij is van mening dat een werknemer altijd de keus moet hebben om naar een verzekeraar of een bank te gaan. Concurrentie is altijd goed, aldus het VVD-kamerlid. Irrgang wil ook kijken naar de mogelijkheid om zelf een wetswijziging in te dienen.

Op 10 april 2012 hebben Helma Lodders en Ewout Irrgang naar aanleiding van de Kassa-uitzending Kamervragen voorgelegd aan minister Kamp. U vindt ze hier .

Op 2 juli 2012 heeft minister Henk Kamp (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) de Kamervragen van kamerleden Helma Lodders (VVD) en Ewout Irrgang (SP) schriftelijk beantwoord. De deur lijkt open te staan om banksparen mogelijk te maken voor de aanschaf van het pensioen. Kamp zegt:

"Als uit die analyse blijkt dat het realistisch is dat product ook daadwerkelijk op de markt te verkrijgen zal zijn en tot voordeel van werkgevers en werknemers zal kunnen strekken, dan ben ik bereid in gesprek te gaan over wettelijke belemmeringen."

De gehele brief kunt u hier lezen.