De Vooravond is gestopt. De talkshow met Fidan Ekiz en Renze Klamer is twee seizoenen op NPO 1 te zien geweest. Je kunt hier op de site nog uitzendingen en fragmenten terugkijken.

Sterk Staaltje Taal: Poes

19-04-2021
  •  
leestijd 4 minuten
  •  
665 keer bekeken
  •  
Thumbnail Sterk Staaltje Taal - Poes

Poes

Deze taalcolumn is geschreven door de vrouwelijke online redacteur Jane van Mourik

In de zoektocht naar mijn geliefde poes Dotje -die verschrikkelijk wordt gemist door mij en de twee andere poezen- kwam ik een paar opmerkelijke dingen tegen. Dingen die jij en ik allebei dondersgoed weten, maar die pas echt duidelijk worden zodra ‘de wereld der vermiste dieren’ zich opent.

‘Waar is je poes’, ‘heb jij je poes al gevonden’, ‘ik zou het verschrikkelijk vinden als ik mijn poes kwijt ben’ en ‘je poes liep daar net’. Het zijn een paar frases uit de zoektocht naar mijn kat, die overigens nog steeds niet terecht is. Nadat mensen het woord “poes” hebben uitgesproken, kijken ze een milliseconde lichtelijk blozend voor zich uit, herpakken zich en kijken me even later weer zelfverzekerd aan, terwijl sommigen zichzelf bijna stotterend verbeteren: ‘uh, kat, kat’. Het is een “zij” toch? “Dotje”.
Het was me niet eerder zo duidelijk als nu: “poes” is een bijzonder homoniem. Begrijp me niet verkeerd, ik hou van mijn poes en ik weet waar ze is, maar toch ben ik haar kwijt en ben ik elke keer lichtelijk gegeneerd als ik door wat ik mezelf op dat moment hoor uitkramen: “mijn poes”. Maar het gaat om de duidelijkheid, het is immers geen kater die ik kwijt ben. De puberachtige dubbelzinnigheid van het woord die ik -en anderen- niet van zich af lijken te kunnen schudden. Eigenlijk gaat het heel lang goed, tot het besef van de schunnige dubbelzinnigheid van het woord ineens inslaat als een bom en je hetzelfde bij vele anderen ziet gebeuren, na het moment van uitspreken. Het brein doet gekke dingen, er gebeurt zoveel in die ene milliseconde waarin men zich lijkt te realiseren wat ze zojuist tweeledig hebben gezegd. Ook al is er geen enige twijfel over de opmerking mogelijk. Of toch wel? Dat zie je in die lege, maar toch veelzeggende blik.

Het werd me pijnlijk duidelijk dat “poes” in alle opzichten misschien wel het meest dubbelzinnige woord in de Nederlandse taal is en dat alleen jonge kinderen zich (nog) niet bewust zijn van de vleeswaren-smijtende connotatie. Kunnen we dat niet veranderen en een nieuw woord introduceren voor “De Poes”? Bijna iedereen houdt wel van die zachte miauwende spinner (op vier pootjes), toch?

Tijdens mijn studie kreeg ik mijn -nu vermiste- poes Dotje in bezit, van een vriendin met een nestje kittens en liet ik het nieuwe gezinslid trots aan iedereen zien -die ook maar lichtelijk de indruk wekte nieuwsgierig naar haar te zijn. Zo ook een mannelijke klasgenoot, die eventjes bij mij was om wat spullen op te halen voor een schoolopdracht. Zodra we terug op school arriveerden, voegden we ons bij een groepje studiegenoten op het plein voor de faculteit. Het eerste wat hij tegen onze medestudenten riep was ‘Ik heb Jane’s poes gezien!’, met een grote grijns op zijn gezicht. Ondanks dat we de puberleeftijd allemaal al ruimschoots voorbij waren, voelde ik iedereens ogen priemend, geschrokken op mij rusten. Een tiental ogen die -inclusief ingehouden adem, een verklaring over mijn poes eisten. Ondanks dat het duidelijk was dat het niet om die ene poes ging, stond ik als aan de grond genageld, de kleur uit mijn gezicht verdwenen, stamelend, omdat ik niet meer wist wat ik moest zeggen, terwijl ik op dat moment iemand haastig en beschaamd naast mij hoorde schreeuwen ‘Ik bedoel haar kat. Het is een meisjeskat!’. Crisis afgewend en op naar de volgende.

Een Vlaamse dertiger opende de deur toen ik bij haar aanbelde in de zoektocht naar de vermiste Dotje (mijn kat) en wees me er scherp op dat ze heus wel wist waar mijn poes is en zich onmiddellijk weer herpakte. Inmiddels bijna net zo verwilderd als mijn zoekgeraakte kat, keek ik haar geschrokken aan en ze begon te lachen, waarop ze zei: ‘je bedoelt die grijze kattin van de flyer denk ik?’.

Dat is het antwoord: kattin. Niks geen truttige verbasteringen zoals “poezel”, “poezenbeest” en “vrouwtjeskat”, die veelvuldig gebruikt worden door mensen die geen “poes” uit durven te spreken. En waar ik mij ook meer dan schuldig aan heb gemaakt, in de zoektocht naar mijn eigen poes. Ik hou van mijn poes, alle vier de exemplaren, maar zullen we dit foutje rechtzetten en het ingeburgerde Vlaamse “kattin” introduceren als nieuw, eigen Nederlands woord? Het staat immers al in het ‘Groene Boekje’ van ‘De Van Dale’ te wachten om daadwerkelijk opgenomen te worden in ons dagelijkse taalgebruik. Dan kunnen we “poes” blijven gebruiken waar het voor bedoeld is. Één van de twee dan. Beide verdienen immers een troon en een eigen benaming.

Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.