Chris, Nienke, Jurre, Raïsha, Max en Sahil laten zien hoe mooi onze planeet is en hoe je als reiziger met een duurzame en inclusieve instelling een verschil kunt maken.
Faeröer eilanden
10-12-2020
leestijd 5 minuten
Onvoorspelbaar, mysterieus en on-Europees: zo
voelen deze achttien eilanden die midden in de woeste
Atlantische Oceaan opdoemen. De
Faeröer eilanden met vele watervallen, rotspartijen en vuurtorens mag je gerust
een paradijs voor hikers noemen. Wandeltochten variëren hier van
een paar uur tot enkele dagen. De fanatieke wandelaar kan op
deze archipel tussen Schotland en IJsland zijn hart dus ophalen.
Op de meest noordelijke punt van het eiland Kalsoy tref je de
vuurtoren van Kallur, die prachtig afsteekt tegen het imposante decor van de rotsformaties. De tocht begint met het
spotten van de opvallende papegaaiduikers, waarna je via een metershoge brug de
Atlantische Oceaan oversteekt. Het weer op de Faeröer is nogal wisselvallig. Hierdoor kan het uitzicht nogal
onvoorspelbaar zijn, maar zodra de mist wegtrekt duiken de
toppen vanzelf weer op.
Waar je op een groot deel van de Faeröer in alle rust en ruimt vertoeft, woont bijna de helft van alle inwoners in de pittoreske hoofdstad Tórshavn. De stad is met haar gekleurde huizen en daken van gras een van de kleinste hoofdsteden van de wereld. Tórshavn heeft haar naam te danken aan de Noorse god Thor. De god van donder en bliksem.
Ben je een echte
kunstliefhebber? Bezoek een van ‘s werelds laatst overgebleven lithografische
werkplaatsen. Lithografie is een grafische techniek waarbij er met vette
kleurstoffen op een poreuze kalksteen wordt getekend. Gevestigd in de oude
Østrøm-fabriek aan de haven van
Tórshavn tref je een kleine galerie waar kunstenaars hun nieuwste werken exposeren.
Het mysterieuze gevoel van de archipel vind je
terug in de verhalen over legendes en mystieke wezens als trollen, reuzen en
geesten. Duistere verhalen vertellen is een eeuwenoude traditie die
diepgeworteld zit in de Faeröerse cultuur. Deze verhalen moeten de bewoners
behoeden voor gevaren die op de loer liggen, zoals Selkies. Dit zijn
wezens die volgens de Faeröerse mythologie zeehonden zijn.
Op het land werpen zij hun huid af en nemen zo een
menselijke gedaante aan. Jaren geleden geloofden de mensen dat je zodra je op zee om het leven kwam, verandert in een
Selkie. Waar de mythen over Selkies vandaan komen, doen meerdere theorieën zich over in de ronde.
De samenstelling van het koude poolwater
en de warme golfstroom rondom de Faeröer zorgt voor een van de meest visrijke
wateren van de Noord-Atlantische Oceaan. In deze wateren wordt vliegvissen beoefend.
Vliegvissen is een tak van sport waarbij het aas bestaat uit een haak met
veren, om zo een overeenkomst te vinden met de natuurlijk aanwezige
prooidieren. Op de eilanden Vágar, Eysturoy en Sandoy vind je in de meren rivier- en
zeeforel. De Leynavatn staat bekend om de hoeveelheid aan zalm. Neem tijdens het vliegvissen
een lokale gids mee. Deze gids regelt een visvergunning, brengt je veilig naar
de beste plekken én niet geheel onbelangrijk: kan je misschien wel meer vertellen over de mythes en legendes van de
Faeröer eilanden.
Vogelliefhebbers
zijn op het eiland Mykines op het juiste adres. Het meest westelijke eiland van
de Faeröer kent grote vogelpopulaties. Het zogenoemde vogelparadijs is dé plek om
de befaamde papegaaiduikers, oftewel puffins te spotten. Al varend door
de kliffen herken je de vogels aan hun zwart-witte
verenkleed en de grote, felgekleurde snavel.
Hoewel Mykines een groot eiland is wonen er maar zestien mensen. In tegenstelling tot de
jaren twintig, toen er bijna tweehonderd mensen op het eiland
verbleven. Het overleven was zwaar en de visserij was niet genoeg om het hele
jaar van rond te komen. Het gevolg? Steeds meer gezinnen vertrokken richting
het hoofdeiland. De resterende bevolking woont vandaag de dag nog steeds in de
typisch Faeröerse huizen met gras bedekte daken. Deze groene daken zijn goed voor de isolatie en geven een
charmante sfeer aan het dorp. Enkele bewoners laten zelfs de schapen van het
gras eten.
Overnachten op de Faeröer? Dan kan in een homestay bij sommige
bewoners. Voor een
kleine bijdrage vertoef je bij de mensen thuis. Op de kleinere eilanden als Mykines tref je naast hotels ook nauwelijks restaurants.
Daarom mogen bewoners hun huis ombouwen tot een restaurant, zonder
horecavergunning. Op deze manier blijft de opbrengst binnen de gemeenschap. De
ideale manier om van het Faeröerse leven te proeven.
Wildkamperen is op de Faeröer vanwege de bescherming van de natuur niet toegestaan.
Daarnaast kan het weer erg wisselvallig en onstuimig zijn. Wel mag je op
verschillende kampeerterreinen je tent opzetten. Liever uit je slaap
ontwaken met een zelfgekozen uitzicht op het ruige landschap? Vraag of je op
het erf van een boer mag overnachten. Zo leer je de omgeving en cultuur goed
kennen. Laat je bivakkeerspot wel precies zo achter als dat je hem aantrof (of
beter).
Eten
De Faeröerse keuken wordt gedomineerd door de
beschikbare middelen als vis, lams- en schapenvlees en aardappelen. Na een dag
hiken, struinen en vliegvissen is een calorierijke maaltijd ook wel gewenst.
Voor een onvergetelijke ervaring ben je op de Faeröer bij restaurant KOKS aan het juiste adres. Gevestigd in een blokhut is dit een van de beste restaurants ter wereld. Fijnproevers uit de hele wereld komen hiernaartoe om van het 19-gangen-diner te proeven. De Faeröerse keuken verdient volgens de chef meer aandacht en zo begon hij zijn eigen restaurant. Inmiddels is het geprezen met twee Michelin-sterren.
De Faeröerse producten staan in deze keuken centraal. Vanwege de ligging in de Noord-Atlantische Oceaan is er een groot deel van het jaar geen toegang tot een breed scala aan groenten. De ingrediënten worden gewonnen uit de wilde zee, gewassen zeewierbossen en steile heuvels. Het resultaat hiervan is een uitzonderlijk rijke smaak.
Vervoer
Vanaf het midden van Nederland rijd je met de auto via Bremen en Hamburg in iets meer dan tien uur naar Kopenhagen. Ook met de trein is de Deense hoofdstad goed te bereiken. Je bent dan zo’n twee uur langer onderweg. Pak vanuit de Kopenhagen de boot die je in anderhalve dag naar de Faeröer-eilanden vaart.
Als je op de Faeröer met de auto verder gaat, moet je met een aantal dingen rekening houden. De archipel kent meer schapen dan mensen, die steken dan ook in het wild over. Het weer kan ieder moment omslaan, de wegen zijn smal en lopen langs stijlen kliffen. Al met al wordt het afgeraden om ‘s nachts te rijden.
Mykines is
niet met de auto te bereiken. Van mei tot en met augustus vaart er daarom
iedere dag een boot richting het eiland. Vanaf september tot april zijn
helikopters een van de weinige vervoersmiddelen. Dit is jammer genoeg niet de meest duurzame optie. De helikoptervluchten zijn
daarom vooral bedoeld voor de bevolking. Het is hierdoor niet toegestaan om op dezelfde dag heen
en terug te vliegen.
Goed om te weten
Beste reistijd: mei tot en met september Visum: Nee Inentingen: Nee Valuta: Faeröerse kroon en Deense kroon Taal: Faeröers, Deens en Engels