Even een principe kwestie. Ik vraag dit namens iemand anders.
Stel je leeft van een minimum uitkering. Dan kun je aanspraak maken op kwijtschelding van de gemeente-belasting. Zo geschiedt een aantal jaren achtereen. Stel je kunt ondanks je minimum-inkomen door verstandig en zuinig te leven toch nog een klein bedragje per maand opzij leggen (€22 p/m). Dit in de vorm van een Spaarbeleg spaarpolis, zodat de kinderen later kunnen studeren.
De gemeente wijst nu echter het verzoek om kwijtschelding af. Reden: er is vermogen zo stelt de gemeente. Door afkoop van de polis zoumethet -niet onmiddelijk opeisbare- spaartegoed de gemeentelijke belasting betaald kunnen worden.
Echter, door de manier waarop dit soort spaarpolissen werken, is de huidige afkoopwaarde iets lager dan wat men op een ordinaire spaarrekening had kunnen realiseren in dezelfde tijd met dezelfde inleg.
Oordeelt de gemeente hier terecht?
Persoonlijk vind ik het onrechtvaardig dat diegenen die maar spenderen en alles opmaken gewoon de kwijtschelding toegewezen krijgen, terwijl diegenen die verstandig leven hiervoor gestraft worden in de vorm van een afwijzing van kwijtschelding. Hoe zit dat nou wettelijk?