'Betere behandeling baarmoederhalskanker'
01-09-2010
• leestijd 1 minuten
Vrouwen met baarmoederhalskanker hebben een aanzienlijk grotere overlevingskans, als zij een behandeling krijgen waarbij de tumor door middel van microgolven wordt opgewarmd (hyperthermie). Dat blijkt uit onderzoek waarop radiotherapeut Martine Franckema vrijdag promoveert aan het Erasmus MC in Rotterdam.
De tumorcellen worden verzwakt, doordat zij worden opgewarmd tot een temperatuur van 40 tot 44 graden. Dat gebeurt met behulp van microgolven die vergelijkbaar zijn met de straling van een magnetron. De warmte zorgt bovendien voor een betere doorbloeding van de tumor. Daardoor slaan reguliere behandelingen, zoals chemotherapie en bestraling, beter aan.
'Niet meer bijwerkingen'
Voor haar proefschrift onderzocht Franckema de behandelresultaten van bijna vijfhonderd patiënten. Bij alle patiënten verbeterde de situatie door de toevoeging van hyperthermie aan de behandeling. Belangrijk is volgens de onderzoekster ook dat dit niet leidde tot meer bijwerkingen.
De combinatie van hyperthermie en radiotherapie komt het meest voor. Bij de patiënten die deze behandeling kregen, verdubbelde de kans op overleving. Ook bij vrouwen die chemotherapie ondergingen, veelal patiënten bij wie de ziekte na een eerdere behandeling was teruggekeerd, zorgde opwarming van de tumor ervoor dat zij beter op de behandeling reageerden.
In Nederland wordt jaarlijks bij ongeveer zevenhonderd mensen baarmoederhalskanker vastgesteld. Daarmee is die ziekte na borstkanker de meest voorkomende vorm van kanker bij vrouwen. Ongeveer de helft van de patiënten overlijdt.
ANP