Amsterdam gooit beleid huurwoningen op schop

Amsterdam wil een einde maken aan de vergunningplicht voor woningcorporaties en particulieren voor de verhuur van woningen. In plaats daarvan moeten eenvoudigere afspraken worden gemaakt, zodat de toewijzing van huurwoningen en de doorstroming sneller verloopt. Wethouder Freek Ossel (wonen) heeft daartoe voorstellen ingediend, zo bleek woensdag.

De woningmarkt in Amsterdam zit al jarenlang op slot. De wachttijden voor huizen met een maximale huur van 554 euro zijn zeer lang. Starters moeten gemiddeld zeven jaar wachten op een betaalbare huurwoning; voor doorstromers loopt die tijd op tot maar liefst 16 jaar. Het beleid voor huurwoningen geldt al sinds 1996. Inmiddels komt dit volgens de gemeente niet meer overeen met de huidige woningmarkt.

De PvdA-wethouder heeft verder voorgesteld het aantal doelgroepen te verminderen dat nu nog voorrang krijgt op de woningmarkt. Mensen die het hardst een nieuw huis nodig hebben, moeten bovendien sneller worden geholpen. Voor studenten en grote gezinnen, die geen voorrangspositie hebben, moeten gerichte afspraken komen met woningcorporaties.

Ossel wil samen met de corporaties om tafel om een nieuw verdeelmodel te ontwikkelen, waarbij het uitgangspunt de soort woningzoekende moet zijn. Tot nu toe was een huisvestingsvergunning nodig en moest de huurder aan een aantal voorwaarden voldoen. Amsterdam wil hier nu vanaf vanwege de regeltjes en lasten die erbij komen kijken. In ruil daarvoor moeten corporaties voldoende woningen aanbieden voor lage inkomens. Ook voor particulieren moet de vergunning vervallen, op voorwaarde dat de verdeling transparant is en ze de goedkope woningen via een eerlijk systeem toewijzen. ANP