Het zestigjarig bestaan van het Verdrag van Rome is maar zuinigjes herdacht. Je krijgt tegenwoordig al gauw op je sodemieter als je het durft de loftrompet te steken over het grote Europese project. Je hoort eigenlijk te zeggen dat het net als de multiculturele samenleving is ¨mislukt¨. Gelul allemaal. De Europese Unie is iets om trots op te zijn. Die blauwe vlag met zijn sterren verdient evenveel eerbied als het rood wit blauw. Wat zeg ik: die zou er standaard náást gehesen moeten worden. Juist nu.
Van 1871 tot 1914 heerste er op het Europese continent vrede. Zo lang hadden de wapens nooit gezwegen en toen Wilhelm II in 1913 zijn regeringsjubileum vierde, werd hij overal als vredeskeizer gehuldigd. De grote Europese mogendheden waren wel met een wapenwedloop bezig. Ze probeerden elkaar af te troeven met de zwaarste kanonnen en soms de grootste slagschepen. Hun fabrieken leverden op grote schaal machinegeweren af. Wat dat betekende bleek, toen Wilhelm en zijn collega-regeerders zonder het eigenlijk te willen de eerste wereldoorlog in rolden. Nog lang dachten de Europeanen met weemoed terug aan die vier gouden decennia.
De periode van vrede die wij nú meemaken, duurt al 72 jaar. Dat is in ons werelddeel ongehoord en ongekend. Van concurrenten zijn de Europese mogendheden bondgenoten geworden. Een van de meest wezenlijke stappen op weg naar die situatie is het Verdrag van Rome dat Nederland, België, Luxemburg, Frankrijk, Italië en de Duitse Bondsrepubliek in 1957 sloten. De ondertekenaars zetten zich in voor een vrije markt en het afbreken van tariefmuren maar het verdrag had ook een ideologisch component.
De ondertekenaars verbonden zich om democratie en mensenrechten te handhaven. Er kwam zelfs een Europees Verdrag van de Rechten van de Mens tot stand, dat een uitwerking en een aanscherping is van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens uit 1948. Een Europees Hof kan autoriteiten in alle lidstaten bij de les houden als zij hun democratisch boekje te buiten gaan. De Europese Unie garandeert vrede, veiligheid en mensenrechten voor dik een half miljard mensen. Dat is een reden om groot feest te vieren.
Dat niet alleen. De Europese Unie is erop gericht om de burgers van de lidstaten in staat te stellen zichzelf te zijn. Vandaar dat zij opkomt voor regionale tradities, dialecten en culturele diversiteit. Verleden week donderdag bedreef ik dagtoerisme op het eiland Walcheren en ik kwam daar regelmatig op een monument een opschrift tegen waaruit bleek dat de EU had bijgedragen aan het behoud van een monument, bijvoorbeeld aan de vluchtburg in Oost-Souburg, een omwalling uit de tijd van Karel de Grote. Dit is een kant van de Europese Unie, waar te zelden de schijnwerper op gericht wordt.
De Europese Unie heeft wel een groot probleem. De lidstaten hebben te veel macht. Hun ministers oefenen een veel te grote invloed uit op de gang van zaken in Brussel. Hun raden – die overigens in Luxemburg bijeenkomen – maken feitelijk de dienst uit. De pas herkozen ¨president¨ Tusk is de voorzitter van de raad waarin de premiers van de lidstaten bijeenkomen. Daar bijvoorbeeld moest Rutte heen met de uitslag van het Oekraïne-referendum.
Het Europees Parlement en de Europese Commissie spelen een een bijrol. Zo komt er van democratische controle te weinig terecht. In besloten bijeenkomsten dokteren ministers compromissen uit waarbij het ze niet gaat om Europees beleid tot stand te brengen maar om nationale deelbelangen te waarborgen. Ze staan ook nog onder de invloed van allerlei machtige lobby-organisaties in hun eigen hoofdstad. Dit is de belangrijkste en gevaarlijkste weeffout in de huidige Unie.
De introductie van de euro is door ministers van lidstaten afgekaart, die niet het Europese maar het eigen nationale belang voor ogen hadden. Een ander voorbeeld van zulke besluitvorming ligt ten grondslag aan het vluchtelingenakkoord met het Turkije van Erdogan.
Aan deze praktijk moet zo snel mogelijk een einde komen. De volgende stap hoort te zijn de vorming van een Europese regering die zich bezig houdt met buitenlands beleid, defensie en economische coördinatie, die wordt gecontroleerd door een democratisch gekozen Europees Parlement. Een goede referendumwet zou wellicht een prima aanvulling zijn: het is natuurlijk absurd dat alleen de Nederlandse kiezers zich mochten uitspreken over het Oekraïneverdrag en niet alle Europese burgers. Nederland laat zijn beslissingen ook niet afhangen van de manier waarop lokale referenda in pakweg Oude Pekela of Meierijland aflopen.
Niettemin mogen we dankbaar zijn op wat dankzij het Europese eenwordingsproces tot stand is gekomen, allereerst de vrede en de vrijheid die dankzij de Unie ons geboorterecht is en blijft.
Daarom: leve de Europese Unie. Steek de blauwe vlag uit. Laat de muziek opklinken.