Waarom Google+ van mij een -1 krijgt
• 11-07-2011
• leestijd 5 minuten
Google+ is alles wat ik nooit heb gewild: Een netwerk dat mensen dwingt constant na te denken over alles wat ze
willen zeggen, tegen wie ze dat willen zeggen en hoe de relatie met die
persoon eigenlijk is
Vorige week begon het een beetje te zoemen over Google+. Ik kreeg een invite van K. en ben eens rond gaan kijken. Maar inmiddels ben ik waarschijnlijk een van de eersten die haar account alweer heeft verwijderd.
Google+ en ik zijn gewoon geen goede match. Google+ is alles wat ik nooit heb gewild. Nog een sociaal netwerk. Een netwerk dat mensen dwingt constant na te denken over alles wat ze willen zeggen, tegen wie ze dat willen zeggen en hoe de relatie met die persoon eigenlijk is.
Het mooie van internet vroeger — vroegah, in de goede oude tijd, toen Twix ook al geen Raider meer heette, maar sommige mensen misschien nog wel wisten dat het ooit zo geheten heeft — was dat je opeens met iedereen in contact kon komen en opeens alles kon zeggen. Je kon anoniem blijven op fora (of nieuwsgroepen, wie kent ze nog) en daar alles kwijt.
Vervolgens kwamen de profielensites zoals cu2 en uiteindelijk kwamen de sociale netwerken zoals we die nu kennen. De grenzen tussen irl en online zijn langzaam vervaagd. Op de fora waar je onder een nickname schreef, ken je ondertussen iedereen van prive mailwisselingen en ontmoetingen, en betekent een nickname hooguit nog dat je baas je niet zo makkelijk kan vinden via een zoekmachine. En tegelijkertijd geeft internet een bepaalde (schijn)veiligheid waardoor je zelfs onder je eigen naam heel veel kunt zeggen zonder last te hebben van negatieve reacties. En sociale netwerksites als LinkedIn werken zelfs andersom: je voegt iemand normaliter pas toe als je hem of haar al kent.
Nu ken ik voornamelijk mensen die veel online zijn en openbare profielen hebben, en dat vertekent ongetwijfeld mijn beeld. Wellicht is Google+ heel handig voor de groep gebruikers die internet wat minder gebruikt en best in contact wil blijven met oud-klasgenoten of collega’s, maar niet alles wil delen of verschillende netwerken wil gebruiken. Voor mij vallen met Google+ precies de voordelen weg van Twitter of Facebook.
Het mooiste van Twitter is dat het zo open is (als je je profiel publiek hebt dan). Je kunt iemand volgen en diegene kan jou terugvolgen, en dat betekent dan dat je elkaar in de gaten houdt en makkelijk kunt reageren op elkaar. Je kunt mensen volgen die jou niet terug hoeven te volgen, zoals nieuwsaccounts. En je kunt bijvoorbeeld zoeken op Hashtag, zodat je kunt zien wat andere mensen van een nieuwe film vinden, of van een concert, zonder dat je die mensen kent, en daarop reageren. Alles is zichtbaar voor iedereen, dus je hoeft je maar een ding af te vragen: is dit iets wat iedereen van me mag weten?
Facebook is dan wat beschutter en biedt meer ruimte. Maar de keuzes zijn redelijk simpel: deel je dingen met vrienden, of ook met vrienden van vrienden, of met iedereen? Die keuze maak je een keer, en dan ben je klaar. Je kiest of je je Facebook beleefd en onpersoonlijk wilt gebruiken en voegt iedereen toe die jou ergens vaag van kent, of je gaat voor de persoonlijkere optie en voegt alleen je vrienden toe en deelt daar lief en leed mee. Simpel.
LinkedIn is zakelijk. Mensen op LinkedIn hoeven niet te weten of de basilicum op mijn balkon goed groeit. Als mensen op Twitter vinden dat ik te veel over basilicum twitter, kunnen ze mij ontvolgen zonder gevolgen. Met zakelijke contacten kan dat wel negatief uitpakken, dus is het fijn dat mijn LinkedIn contacten nooit lastiggevallen worden met mijn basilicumtweets.
Een aantal sites kun je koppelen en die sites bieden ook vaak wel mogelijkheden om indelingen in groepen te maken. Maar het principe van Google+ is precies andersom: het gaat uit van geslotenheid en segregatie. Het idee is dat je iedereen indeelt in kringen en dat staat me gigantisch tegen. Ik wil me niet bij ieder contact hoeven afvragen wat mijn relatie tot diegene precies is. Wanneer is iemand een vriend en wanneer een kennis?
Ik wil niet bij alles wat ik zeg hoeven nadenken over met wie ik dat wil delen. Behalve dat het voor mij persoonlijk vervelend is om bij alles wat ik zeg na te moeten denken, verandert het precies datgene wat ik mooi vind aan Twitter en Facebook. Op het moment dat ik iets tweet, is mijn criterium alleen maar of iedereen het mag weten. Op het moment dat ik iets op Google+ wil zeggen, word ik geacht na te denken over met wie ik het wil delen. Maar de cirkels impliceren ook dat als ik iets deel met een cirkel, ik dat doe omdat ik denk dat het interessant is voor een specifieke cirkel. Dat betekent dat ik nog iets heb om over na te denken.
K. noemde als voordeel dat je nu kunt kiezen om een vraag over een lokaal probleem of een opmerking over een lokaal evenement nu alleen te delen met je groepen in Rotterdam. Ik zie dat echter als een van de grootste nadelen: het mooiste van Twitter en Facebook vind ik dat je zo veel meekrijgt over het leven van anderen. Dat je dingen te weten komt over anderen die je anders nooit te weten zou komen. En dat iemand uit Amsterdam naar een klein evenement in Amsterdam gaat, kan ook leuk zijn om te lezen omdat ik daardoor te weten kom van wat voor muziek diegene houdt, of omdat ik het gewoon fijn vind om te lezen dat iemand die ik graag mag een leuke avond heeft.
Daarnaast dwingt Google+ je bijna om de beklemmende schijnwerkelijkheid van het dagelijks leven in stand te houden. We gaan weer terug naar een leven waar we thuis onszelf zijn, bij onze vrienden lief en leed neerleggen, naar onze kennissen kunnen doen alsof alles perfect gaat en in onze werkcirkel zijn we de modelwerknemer.
K. zei dat Google+ niet onnatuurlijk was, omdat je in het echt ook niet alle mensen die je kent tegelijkertijd op je verjaardag uitnodigt. Maar voor mij voelt Google+ alsof je dat wel doet, en vervolgens de verschillende categorieën visite sorteert in verschillende kamers.
Ik sluit niet uit dat het ooit nog wat wordt met Google+, maar op dit moment is het het gewoon net niet. Ik wil gewoon een open leven. Ik wil niet hoeven nadenken over wie ik precies hoe graag mag, en over of wat ik zeg wel interessant is. Dat laat ik liever over aan de lezer. Ik wil geen schijnleven. Als mijn kennissen me raar vinden om iets wat ik post, dan weet ik weer waarom het geen vrienden zijn. Als mijn werkgever me niet had willen hebben omdat ik een wortelknagende bamboesokkenhippie ben, dan zat ik niet bij het goede bedrijf. En als ik niet mag zijn wie ik ben, ook al ben ik niet iedere dag boeiend of perfect, en ook al zeg ik weleens wat stoms of onaardigs, dan heeft het leven voor mij weinig zin.
Dus lieve vrienden, kennissen, collega’s, ex-collega’s, oud-klasgenoten, mede-GroenLinksers, rare aangewaaide SP’ers, en al die anderen, kom maar op met uw avonturen, slechte foto’s van huisdieren, nieuwsberichten, jubeltweets, recensies van slechte films, kansloze hashtags en TMI-posts. Ik hou van jullie allemaal en ik vertik het jullie in hokjes te stoppen.