Niet alleen Henk en Ingrid in Nederland maar ook Henry, Heinz, en Enrique en hun Ingrids elders in Europa kregen de laatste jaren acuut maagzuur bij de gedachte aan wat populistische politici graag omschrijven als ‘ongecontroleerde massamigratie’.
We schieten op de lange termijn economisch niets op met deze migranten: Deze these wordt in Nederland vaak naar voren gebracht onlangs nog door – de koning van het fact-free realisme – Martin Sommer in de Volkskrant. De migranten hebben ons alleen maar armer gemaakt. Dat is een opmerkelijke these. Landen waar veel migranten naar toe trekken zoals de Verenigde Staten, Australië of Canada zijn meestal geen toonbeeld van economische stagnatie. Ze zijn juist economisch zeer dynamisch en succesvol en de rol van migranten in dit succes wordt breed erkend. Er is ook een tamelijk breed consensus dat het vergrijzende Europa gebaat zou zijn bij meer immigratie zodat het niet vervalt in de eindeloze stagnatie die bijvoorbeeld het vergrijzende Japan ten deel valt. Ook herkomstlanden van de migranten hebben voordeel van een losser toelatingsbeleid. Als de burgeroorlog in Syrië straks voorbij is, zal het land gebaat zijn bij een economisch succesvolle diaspora. Die het land weer op de been kan brengen.
Als we meer vluchtelingen toelaten dan gaan onze bevolkingen door het lint: Dit is een soort burgermeester-in-oorlogstijd argument voor het migratieprobleem dat het goed doet bij bange politici. We moeten streng zijn met de toelating om ervoor te zorgen dat vluchtelingen ook op de langere termijn toegang kunnen blijven krijgen in Nederland. Doen we dat niet dan kunnen we niet instaan voor de reactie van de bevolking. Dit gaat voorbij aan het feit dat de aantallen in Europa in werkelijkheid relatief klein zijn. Duitsland is een van de meest gastvrije landen in Europa met 6 asielzoekers per 1000 inwoners. Het veel armere Turkije neemt 21 asielzoekers per 1000 inwoners voor zijn rekening. Dat valt weer in het niet bij het chronisch instabiele Libanon met 232 asielzoekers per 1000 inwoners. Als iemand ergens onder druk staat dan zijn dat de bevolkingen van de landen in de regio, niet die van Europa. Als ergens de vlam in de pan kan slaan dan is dat eerder in de buurlanden van Syrië, Libië en Irak dan in Nederland of België. Misschien is het daarom meer op zijn plaats om de last in de buurlanden enigszins te verlichten. Dat kan bijvoorbeeld door ook eens leiderschap te tonen zoals Merkel onlangs heeft gedaan. En het kiezerssentiment te veranderen in plaats van gedwee achter de publieke opinie aan te lopen.
De ellende in Noord-Afrika en het Midden Oosten is niet ons probleem en niet onze verantwoordelijkheid: De eerste verantwoordelijkheid voor vrede en welvaart in Noord-Afrika en het Midden Oosten ligt uiteraard bij de regeringen ― voor zover die er zijn ― en de burgers in de regio. Maar dat betekent niet dat we onze handen kunnen wassen in onschuld als we naar de chaos kijken waarin de regio is vervallen. We zijn direct betrokken geweest bij de crises in Libië en Irak. De hele operatie in Irak was aanvankelijk ook bedacht als een shock die de hele regio politiek en sociaal in beweging moest brengen. Dat is niet helemaal zo uitgepakt als van tevoren was bedacht. Dat schept een zekere verantwoordelijkheid.
Er gaan terroristen schuil in de stroom vluchtelingen die naar Europa wil: IS lijkt vooralsnog niet erg geïnteresseerd in West-Europa. IS zag het juist als een fout van voorgangers (zoals Al Qaida) om de aandacht naar het Westen te verleggen. De organisatie lijkt te beschikken over aanzienlijke middelen en is ook tamelijk goed georganiseerd. Als een moslimterrorist al naar Europa zou willen dan ligt het niet voor de hand dat hij met honderden mensen in een lekke boot stapt om zijn leven in handen te leggen van louche mensensmokkelaars. Waarschijnlijk neemt hij dan gewoon het vliegtuig.
De publieke opinie is naar aanleiding van de recente gebeurtenissen aan het verschuiven. Niet alleen in Nederland maar ook in andere Europese landen. Het is te hopen dat de waanideeën die het debat over vreemdelingen de afgelopen jaren hebben overheerst wat van hun zeggingskracht zullen verliezen. Dan kan er eindelijk een zinnig beleid worden geformuleerd dat recht doet aan de mensenrechtelijke idealen die ten grondslag liggen aan de Europese Unie.