Tofik Dibi heeft geen spijt
• 05-09-2012
• leestijd 2 minuten
GroenLinkser ging de strijd aan met Jolande Sap: 'Als ik het niet had gedaan, was ik nu diep ongelukkig'
Tofik Dibi leek van het toneel te verdwijnen nadat hij voor de zomer Jolande Sap uitdaagde om het lijsttrekkerschap van GroenLinks. Maar hij is er nog en hij heeft geen spijt, zegt hij woensdag in een interview met Trouw.
Hij staat op de tiende plaats op de kandidatenlijst en GroenLinks staat er in de peilingen niet goed voor. Toch zei Dibi dinsdag in een gastcollege voor een groep Nijmeegse studenten: “Het kan nog. Je weet nooit.”
Dibi is er nog en ook hij voert campagne, schrijft Trouw (
betaalde editie ). Zelf foldert hij voor de partij, zijn vrienden voor hem zelf. “Bezieling aan de macht. Stem Dibi, lijst 7, plaats 10.”
Dinsdag was Dibi in Nijmegen, op uitnodiging van politicologenvereniging Ismus. Donderdag toert hij door Limburg om aandacht te vragen voor analfabetisme. Een dag later zal hij opnieuw pleiten voor zijn ‘kinderpardon’ bij minister Leers.
Van zijn strijd met Jolande Sap heeft Dibi geen spijt:
Je kunt erover twisten of de timing goed was. Als ik het niet had gedaan, had ik nu wellicht op plek twee gestaan, maar dan was ik diep ongelukkig geweest. Ik erger me aan dat rekenen. Ik wil een ander soort politiek: niet alleen gericht op de kille cijfers, de economie, maar met een idee, een beeld van hoe het land er na de crisis uit moet zien.
Wat hij wil? Hij was er zelf niet bij, maar Dibi heeft een hevig verlangen naar de jaren zeventig:
Toen werd er echt gevochten. Voor van alles. Ik wil terug naar de tijd van onze ouders, die vochten voor vrouwenemancipatie. Jongeren van nu weten dat hun pensioen minder zeker is dan dat van de huidige ouderen. Ze komen moeilijk aan een woning. Toch hoor ik niets. Het ontbreekt aan samenwerking. En alles is binnen de kortste keren ingekapseld. Als jongeren eenmaal hun stem mogen laten horen in de politiek zijn het net babyboomers, maar dan met een babyzachte huid.