Tijdens de verkiezingscampagnes viel het menigeen al op: politici ter rechterzijde van het spectrum veranderden hun taalgebruik, politieke partijen pasten er zelfs hun program op aan: de PVV van Geert Wilders heeft niet alleen aan zetels gewonnen bij de verkiezingen, Wilders wist ook de toon te zetten. Was het tien jaar geleden nog omstreden om zo hard van leer tegen de islam – vanwege één van de vier vrijheden die wij in Nederland zo hoog hebben zitten, te weten de vrijheid van godsdienst – zelfs de meest godsdienstige partij in de Kamer, de SGP, maakte van anti-islam een speerpunt in de campagne. CDA-senator Ria Oomen is er niet gerust op. In een interview met de Limburgse omroep L1 zegt ze: “Ik vind dat veel partijen, ook de mijne, te veel Wilders-light zijn geworden. En dat hoort niet in de Nederlandse samenleving.”
“Ik heb het gezien bij alle partijen in de verkiezingscampagne”, zegt ze tegen het AD. “Ze zijn Wilders-light geworden als het gaat om het migratiebeleid en de kwestie met paspoorten. We denken te veel dat met dat soort oplossingen de problemen met vluchtelingen worden opgelost.”
Buma distantieert zich van Oomen. Volgens hem stonden de zorgen van veel Nederlanders centraal in de campagne van het CDA.